Het Christelijk Huwelijk



Opnieuw trouwen Wat zegt de Bijbel?

In de dagen van Mozes was echtscheiding, ondanks het verbod van God, een gewone zaak geworden. Eigenlijk zien we dat vandaag ook, aan de ene kant zegt de Bijbel dat God de echtscheiding haat (Mal.2:16), maar toch gebeurd het dat christenen om allerlei onBijbelse redenen gaan scheiden.

Maar Mozes zat vanwege die echtscheidingen ook nog met een sociaal probleem, want in zijn tijd werden vrouwen gewoon weggestuurd om allerlei redenen, met als gevolg dat ze in diepe armoede terecht kwamen. Toen heeft Mozes, door de wijsheid die God hem gaf, bedacht dat men die vrouwen een scheidbrief zou meegeven (Deutr.24:1-4). Je kon dus nu een vrouw wegsturen met een brief waarop de reden stond, 'waarom je haar had weggestuurd'. Dat kon van alles zijn, tot en met het aanbranden van het eten of het simpele feit dat de vrouw je geen zonen had gebaard. Als die reden echter geen probleem was voor een eventuele nieuwe echtgenoot, maakte ze een betere kans te kunnen hertrouwen. Hertrouwen was in die dagen de enige mogelijkheid om aan armoede te ontkomen.

Later in Jezus dagen, stelde de Farizeëen Jezus de vraag, of men z´n vrouw wel om 'allerlei redenen' mocht verlaten, want dat was precies wat er gebeurde. Met 'verlaten' werd bedoeld echtscheiden om allerlei redenen en zodanig dat de ander vrij is om een ander te huwen. Jezus zette deze manier van wegzenden echter recht en noemt als enige Bijbelse grond voor echtscheiding de zonde van hoererij* (Mat.19:3-10 en Mat.5:32). Waarom? Omdat dit betekent de schending van het heiligste vertrouwen dat mensen elkaar kunnen geven. Het Woord van Jezus in Mat.19:3,9 toont dus duidelijk aan, dat het huwelijk nooit mag ontbonden worden om 'allerlei redenen'. En vervolgens weten we uit de woorden van Paulus in 1 Kor.7:10, dat als echtscheiding toch gebeurd is (wat dus tegen Gods wil is), dan mogen de beide partners niet zo maar opnieuw een ander huwen, want dan pleegt men echtbreuk. Immers het huwelijk bestaat in dat geval nog steeds voor God en wel zolang als de beide partners nog leven (Rom.7:2).

*Het woord wat Jezus gebruikt in Mat.19:9 voor hoererij, is in de Griekse grondtekst 'porneia' hetgeen betekent hoererij of ontucht. Dat wil zeggen, de overspeler volhardt dan in de zonden en is niet bereid zich van deze weg te bekeren. In dat geval kun je zelfs niet met zo iemand gehuwd blijven en is men ook vrij om daarna met iemand anders te huwen. Want, in dat geval bestaat het huwelijk gewoon niet meer voor God. Het Griekse woord voor overspel is echter duidelijk anders namelijk 'moicheia', hier gaat het om één daad van overspel waarvan men zich nog kan bekeren en er is dat geval nog geen dwingende reden is om te scheiden.

De conclusie is, dat een echtscheiding van gelovigen, die niet wegens hoererij plaats vindt, voor God als een niet ontbonden huwelijk is en opnieuw trouwen is dan dus echtbreuk. Maar, opnieuw trouwen is echter geen echtbreuk als het huwelijk vanwege hoererij(= porneia) al eerder ontbonden is. In dit laatste geval is verzoening en herstel niet meer mogelijk, vooral wanneer de schuldige partner (na waarschuwingen) volhardt in die weg. Je kunt nu eenmaal niet samen blijven leven met een hoereerder. Lees daarvoor ook 1 Kor.5:11.

Maar, er zijn ook uitzonderingen:
- Wanneer de partner ongelovig is (let wel, of als zodanig leeft!!) en niet op normale wijze met de gelovige partner verder wil leven. Wanneer hij of zij je binnen het huwelijk, het leven onmogelijk maakt en er feitelijk geen sprake meer is van een normaal bestaan, dan is het niet zo dat je dan maar gewoon door moet gaan en je huwelijk als een verschrikkelijk noodlot moet ondergaan, met alle mogelijke nare gevolgen van dien.

Er zijn o.a. veel voorbeelden van vrouwen die mishandelt werden en redelijker wijs niet verder konden. God heeft daar zeker begrip voor. Het is dan ook beslist niet tot Gods eer om bij zo iemand maar te blijven, die je regelmatig mishandelt en/of vernedert. Maar natuurlijk gaat het hier wel om een emotionele grens die eerst gepasseerd moet worden, voordat men kan zeggen dat verder gaan in dit huwelijk niet langer meer mogelijk is. Waar precies die grens ligt is voor iedereen persoonlijk. Men zal dus biddend, samen met God, moeten bepalen wanneer het moment daar is, dat het niet meer verder kan. Maar omdat het hier nu een ongelovige partner betreft, is men vervolgens wel vrij om opnieuw te trouwen, lees 1 Kor.7:15.
"Maar indien de ongelovige haar verlaat, laat hij haar verlaten. De broeder of zuster is in dit geval niet gebonden; tot vrede heeft God u geroepen. Want hoe kunt gij weten, vrouw, dat gij uw man zult redden? Of hoe kunt gij weten, man, dat gij uw vrouw zult redden?"
Het is zelfs in dit geval niet raadzaam om nog langer te hopen op herstel van zo'n huwelijk, omdat Gods Woord ons feitelijk afraad, om weer een ongelijk juk aan te gaan met een ongelovige (Lees hiervoor 2Kor.6:14-16).

- Wanneer er echter sprake is van twee gelovige partners, kunnen ze Bijbels gezien niet zo maar scheiden en weer hertrouwen. Als ze om welke reden dan ook (buiten de zonde van hoererij), niet meer samen verder kunnen, zullen we altijd toch naar een weg tot herstel moeten zoeken. Een mogelijk Bijbels advies kan dan zijn om voorlopig even uit elkaar te gaan (1 Kor.7:10) - het zogenaamde 'van tafel en bed gescheiden' - en na enige tijd weer een opening voor verzoening te zoeken, eventueel met hulp van buiten de relatie. Men heeft op dat moment dus feitelijk nog geen Bijbelse mogelijkheid om maar te gaan scheiden en met een ander te hertrouwen. Zolang als er tenminste redelijker wijs nog kansen zijn om tot herstel en verzoening te komen, want dat is altijd de bedoeling van God. Maar als één van de partners, toch een relatie aangaat met een ander, dan is ook hier de huwelijksband definitef verbroken en is men uiteraard wel vrij.